Wat is coeliakie?
- Categorie : Algemeen
Steeds vaker horen we de term coeliakie voorbij komen, maar eigenlijk weten we niet zo goed wat het is. Kun je er wat aan doen? Hoe kun je klachten verminderen en hoe zorg je nou dat je niet te weinig vitaminen binnenkrijgt? Wij zochten het voor je uit.
Wat is coeliakie?
Sommige mensen denken dat coeliakie een soort supplement is. Dit is niet waar! Coeliakie is een aandoening. Iemand die deze aandoening heeft, kan niet tegen gluten. Gluten is een eiwit dat van nature voorkomt in rogge, gerst, tarwe, spelt en kamut. Uiteraard zitten gluten dan ook in producten die deze voedingsstoffen bevatten. Mensen die niet tegen gluten kunnen, zullen beschadiging van het slijmvlies van de dunne darm krijgen. Dit betekent dat de dunne darm steeds minder goed gaat werken.
Doe eerst een coeliakietest
Het is belangrijk dat je niet meteen stopt met het gebruik van gluten. De reden is heel duidelijk. Je bent zelf geen dokter en de symptomen kunnen ook op een andere ziekte duiden. Coalikie heeft heel veel verschillende soorten symptomen. De meeste zijn niet (direct) aan spijsverteringsproblemen te linken. Daarnaast is het onverstandig om zomaar met gluten te stoppen, omdat de producten ook andere belangrijke voedingsstoffen bevatten. Een Coalakiedieet staat bekend als een van de meest zware diƫten die er bestaat. Doe daarom eerst een coeliakietest voor dat je daaraan begint. Je kunt het zelf testen door je goed te verdiepen in gluten en te kijken hoe je erop reageert, dit raadde wij je af! Ga voor duidelijkheid. Plan een afspraak in bij de doktor en kies voor duidelijkheid.
Let op: deze vitaminen moet je aanvullen
Als je stopt met het eten van gluten, ga je gegarandeerd een aantal belangrijke vitamines missen. De meest voorkomende tekorten zijn anemie, calcium, B vitamines, vitamine D en vitamine K. Deze tekorten kun je makkelijk aanvullen met voedingssupplementen. Let wel op dat je goede en gezonde voeding binnenkrijgt. Wanneer je een gezond en gebalanceerd eetpatroon hebt, vul je veel vitamines op een andere manier aan. Overleg bij twijfel altijd met de huisarts.